Silene
silene
Incl. Atocion, Cucubalus, Lychnis (koekoeksbloem), Melandrium, Viscaria; Heliospermum quadrifidum sensu Hegi => Silene pusilla.
(For a dichotomous table for galls on Sileme by Hans Roskam click here)
Dichotome tabel voor bladmineerders
1a mijn geheel voldiep (geen vlekmijn) => 2
1b mijn tenminste ten dele boven- of onderzijdig => 12
1c vlekmijn => 19
1d gallen etc. => Tabellen voor alle parasieten per soort
Dichotome tabel voor bladmineerders
1a mijn geheel voldiep (geen vlekmijn) => 2
1b mijn tenminste ten dele boven- of onderzijdig => 12
1c vlekmijn => 19
1d gallen etc. => Tabellen voor alle parasieten per soort
2a larve met gechitiniseerde kop => 3
2b larve een made => 9
3a larve zonder borstpoten => 4
3b borstpoten aanwezig => 6
4a meestal veel kleine mijntjes in een blad; larven slank: Phytosciara halterata
4b een enkele gangmijn; larve plomp => 5
5a vrij brede, vertakte gangmijn: Orthochaetes insignis
5b smal onvertakt gangetje langs de bladrand: Oreorrhynchaeus alpicola
5c brede, onvertakte gang: Aphytobius sphaerion
6a mijnen klein, van onbestemde vorm => 7
6b mijn niet zo klein, gang, gevolgd door een blaas => 8
7a larve: pinacula kleurloos (wel is de basis van de setae zelf zwart): Cnephasia incertana
7b pinacula zwart: Cnephasia stephensiana
8a de larve mineert levenslang: Chrysoesthia eppelsheimi
8b de oudere larve vreet aan het blad vanuit een spinselbuis, of tussen samengesponnen bladeren: Caryocolum marmorea
9a blaasmijn => 10
9b gangmijn: Delia brunnescens
10a frass zeer fijnkorrelig: Hydrellia griseola (maar zie ook 16b, Scaptomyza graminum)
10b frass in grove korrels => 11
11a plant met verwelkte top (omdat de larve ook in de stengel boort): Delia echinata
11b geen verwelkte top (larve mineert alleen in het blad): Delia coronariae & Pegomya flavifrons
12a een onderzijdig gangetje, dat eindigt op een dikke nerf: Ophiomyia melandricaulis
12b mijn eindigt niet op een zware nerf => 13
13a mijn begint bij een ei, dat buitenop het blad zichtbaar is; frass rijkelijk, in klompen of groene vlekken => 14
13b geen ei zichtbaar (afgezet in het blad) => 15
14a mijn voor een flink deel voldiep: Pegomya flavifrons
14b mijn grotendeels boven- of onderzijdig: Pegomya hyoscyami
15a mijn naar het einde toe sterk verbreed => 16
15b mijn geheel gangachtig => 17
16a frass in de vorm van een klein aantal zwarte korreltjes; larve plomp met stomp achtereind: Amauromyza flavifrons
16b frass stoffijn, als groene wolken in uithoeken van de mijn (vaak pas herkenbaar na openen van de mijn); larve slank met spits achtereind: Scaptomyza graminum
17a gang veervormig vertakt; hoofd- en zijtakken bovenop de hoofd- en zijnerven van het blad: Liriomyza strigata
17b gang niet zo vertakt, verloop onafhankelijk van de nervatuur => 18
18a larve: achterspiraculum met 3 papillen: Liriomyza brassicae
18b achterspiraculum met 7-12 papillen: Liriomyza bryoniae
19a zak met donkerder lengtelijnen, veroorzaakt door aanklevende fijne detritusdeeltjes => 20
19b zak glad, zonder lengtelijnen => 22
20a zak naar achteren duidelijk versmald, daardoor spoelvormig: Coleophora meridionella
20b zak niet spoelvomig => 21
21a soort van geheel Europa: Coleophora galbulipennella
21b soorten van meer zuidelijk en centraal Europa: Coleophora corsicella & C. nubivagella
22a zak met een scherpe, enkelvoudige dorsale kiel: Coleophora solitariella
22b de dorsal kiel is naar achteren toe in tweeën gesplitst: Coleophora lithargyrinella
Niet opgenomen in de tabel: Caryocolum vicinella (beschrijvingen incompleet en tegenstrijdig); Coleophora hackmani (zak niet beschreven); Trachystyphlus alpinus.