1a de larve mineert de wand van de peul: Bruchidius villosus

1b de larve mineert vanuit een zak, maakt vlekmijnen => 2

1c de larve leeft in de mijn, maakt een gang- of blaasmijn => 5

1d gallen etc => Tabellen voor alle parasieten per soort

2a lapjeszak => 3

2b samengestelde bladzak: Coleophora calycotomella

3a mondhoek 90°; zak staat loodrecht op het blad: Coleophora saturatella en parthenogenella

3b mondhoek 45°; zak staat schuin op het blad => 4

4a achter de mond een aantal korte ringetjes: Coleophora colutella

4b zulke ringetjes ontbreken: Coleophora trifariella

5a mijn bevat geen of vrijwel geen frass => 6

5b mijn bevat duidelijke hoeveelheden frass => 8

6a larve mineert tussen samengesponnen blaadjes => 7

6b larve in een stervormige blaasmijn in het bladcentrum: Micrurapteryx kollariella

7a larve donker gekleurd: Aproaerema anthyllidella

7b larve licht gekleurd: Syncopacma cincticulella

8a vouwmijn => 9

8b geen vouwmijn, blad niet samengetrokken => 12

9a mijn bovenzijdig => 10

9b mijn niet beschreven, op Cytisus villosus in Sardinië: Phyllonorycter cytisus

10a mijn op Spartocytisus filipes, Spanje, Canarische Eilanden: Phyllonorycter spartocytisi

10b mijn op Cytisus spp. => 11

11b op Cytisus purgansl West-Mediterrane soort: Phyllonorycter purgantella

11b op Cytisus villosus; West-Mediterrane soort: Phyllonorycter triflorella

11c op Cytisus procumbens, scoparius; West-Europese soort: Phyllonorycter staintoniella

12a mijn, tenminste gedeeltelijk, een gang => 13

12b volledige blaasmijn => 14

13a mijn begint als gang langs de bladrand, later overgaand in een smalle blaas: Agromyza johannae

13b gang van begin tot eind, slingert vrij door het blad: Phytomyza cytisi

14a frass als een dikke zwarte prop in het centrum van de mijn; hier een cocon, waarin de verpopping plaatsvindt: Oryxolaemus flavifemoratus

14b frass meer diffuus, in onduidelijke concentrische bogen; verpopping buiten de mijn: Leucoptera coronillae