Cassida rubiginosa Müller, 1776
groene distelschildpadtor
op Cirsium, etc.
parasiet
Larven en imagines vrij op de bladeren. De bestekelde larven vallen op doordat ze een grote prop, bestaande uit frass en exuvia, boven het lichaam dragen, vastgehouden door een paar haken aan de achterlijfspunt.
waardplanten
Asteraceae, oligofaag
Arctium lappa, minus; Carduus acanthoides, crispus, nutans; Centaurea debeauxii, iberica, jacea; Cirsium arvense, oleraceum, richterianum, vulgare; Cynara; Onopordum acanthium; Saussurea; Serratula tinctoria; Silybum.
fenologie
Overwintering als imago.
verspreiding binnen Europa
larve
Zie Świętojańska ea.
pop
Zie Steinhausen (2002a).
parasitoïden, predatoren
Aprostocetus bruzzonis; Tetrastichus clito.
literatuur
Asadi, Ghorbani, Karimi, ao (2013a), Bahillo de la Puebla & Román (2009a), Borowiec (1984a), Bukejs, Telnov & Barševskis (2009a), Cripps (0000a), Fuss, Geiser & Patzner (2005a), Gavrilović & Ćurčić (2013a), Gavrilović, Gavrilović, Ćurčić, ao (2014a), Jolivet (1953a), Majka & LeSage (2008a), Murria Beltrán (2006b), Petitpierre (2009a), Recalde Irurzon & Ugarte San Vicente (2005a), Rheinheimer & Hassler (2018a), Świętojańska, Moradian, Borowiec & Ostovan (2013a), Rozner & Rozner (2014a), Steinhausen (2002a), Troukens (2012a).