Amauromyza carlinae (Hering, 1944)
mijn
Aanvankelijk een korte gangmijn, meestal nabij de bladrand. Deze wordt voortgezet in, en vaak ook overlopen door, een bovenzijdige, vlakke, zeer ondiepe blaasmijn. Frass in weinig talrijke, grove korrels verspreid door de mijn. Verpopping extern.
waardplanten
Asteraceae, oligofaag
Carlina vulgaris; Echinops sphaerocephalus.
Papp & Černý noemen ook Cirsium; dit dient nader te worden bevestigd.
fenologie
Larven in juli en september-october (Hering, 1957a).
BENELUX
Niet bekend uit de Benelux-landen (Fauna Europaea, 2010).
verspreiding binnen Europa
Duitsland, Polen, Slowakijë, Frankrijk, Spanje (Fauna Europaea, 2010).
pop
Donker zwartbruin.
synoniemen
Phytobia carlinae.
literatuur
Černý (2011a), Guglya (2021a), Hering (1944c, 1957a), Papp & Černý (2016a), Spencer (1971a,b), von Tschirnhaus (1999a).