Liriomyza andryalae Hering, 1927
Diptera, Agromyzidae

Andryala pinnatifida; uit Hering (1927a)
mijn
Bovenzijdige gangmijn, overgaand in een secundaire blaasmijn met zeer duidelijk primaire en secundaire vraatlijnen. Frass aanvankelijk in dicht opeenliggende korrels, later onregelmatig verspreid. Verpopping buiten de mijn.
waardplanten
Asteraceae, monofaag
Andryala pinnatifida.
fenologie
Larven in maart-april.
BENELUX
Niet bekend uit de Benelux-landen (Fauna Europaea, 2009).
verspreiding binnen Europa
Canarische Eilanden (Fauna Europaea, 2009).
larve
Beri (1971d) beschreef de larve op basis van materiaal van een geheel andere plantenfamilie (Asclepiadaceae); de determinatie is volstrekt ongeloofwaardig.
literatuur
Beri (1971d), Hering (1927a, 1957a).
17/07/2010
Laatste bewerking 28.vi.2017