Phytomyza tetrasticha Hendel, 1927
op Mentha

Mentha spec., België, prov. Oost-Vlaanderen, Oudenaarde, bos t’Ename © Carina Van Steenwinkel

secundare vraatlijnen duidelijk

verlaten mijn

puparium, dorsaal

Mentha aquatica, Oostvoorne, Tenellaplas

zelfde mijn, detail
mijn
Bovenzijdig. Het begin is een kort dicht bruin gekleurd spiraaltje, gevolgd door een secundaire blaasmijn, vaak aan de bladrand. Vaak ligt er tussen het spiraaltje en de blaas nog een herkenbaar ganggedeelte. Secundaire vraatlijnen duidelijk (bij verse mijnen). Verpopping buiten de mijn; soms gebeurt de verpopping al in het blad, maar dan is de boogsnede toch al gemaakt, en steken de spiracula niet door de epidermis.
waardplanten
Lamiaceae, monofaag
Mentha aquatica, arvensis, longifolia, x piperita, x rotundifolia.
Vermeldingen van andere waardplanten dan Mentha zijn onjuist (Nowakowski, 1959a).
fenologie
Larven van mei tot augustus in twee generaties (Hering, 1957a).
BENELUX
BE waargenomen (Scheirs, De Bruyn & von Tschirnhaus, 1995a).
NE eind augustus 2008 een lege mijn waargenomen in Oostvoorne; in 2009 een mijn gevonden door Steven IJland in de Amsterdamse Waterleidingduinen.
LUX niet waargenomen (Fauna Europaea, 2008).
verspreiding binnen Europa
Van Zweden tot het Iberisch schiereiland en Italië, en van Ierland tot Polen; ook Bulgarije en Thracië (Fauna Europaea, 2008).
larve
Achterspiraculum met 23-25 papillen.
voor- en achterspiraculum (uit Nowakowski, 1962b)
literatuur
Beiger (1955a, 1960a, 1965a, 1970a, 1979a), Bland (1994c), Buhr (1932a, 1941b, 1964a), Černý (2001a, 2011a), Černý, Andrade, Gonçalves & von Tschirnhaus (2018a), Černý & Merz (2007a), Ci̇velek, Çikman & Dursun (2008a), Drăghia (1972a, 1974a), Dreger & Myssura (2005a), Griffiths (1962a), Hering (1931a, 1932g, 1957a), Iwasaki (1997b), Maček (1999a), Michalska (1970a, 1972a, 1976a), Nowakowski (1954a, 1959a, 1962b), Ostrauskas, Pakalniškis & Taluntytė (2003a), Robbins (1991a), Scheirs, De Bruyn & von Tschirnhaus (1995a), Skala & Zavřel (1945a), Sønderup (1949a), Spencer (1965a, 1972a, 1976a), von Tschirnhaus (1999a), Zoerner (1969a).