Contarinia baggendorfi Stelter, 1982
op Angelica
gal
een deel van de bloeiwijze is veranderd in een kluwen van ietwat verdikte bloemen. In en tussen de bloemen leven witte larven die zoals alle Contarinia’s kunnen springen. Verpopping in de grond, én generatie. Nadat de larven de gallen verlaten hebben, verbruint het aangetaste deel van de bloeiwijze en sterft af.
waardplanten
Apiaceae, monofaag
Angelica sylvestris.
opmerkingen
De vermelding door Spungis van larven van deze soort in opgeblazen vruchten van Angelica sylvestris en Pimpinella saxifraga moet nader worden bevestigd.
literatuur
Dauphin & Aniotsbehere (1997a), Gagné (2010a), Roskam (2009a), Skuhravá & Skuhravý (2021a: 32), Skuhravá, Skuhravý & Meyer (2014a), Spungis (2003a), Stelter (1982c).