Cinara piceicola (Chlolodkovsky, 1896)op Picea
op Picea
Picea abies, UK © Bob Dransfield & Bob Brightwell, InfluentialPoints
gal
De apterae lijken op die van C. pruinosa, maar de kegelvormige siphunculi zijn hier klein en onopvallend. Ze vormen in het voorjaar kolonies tussen de bases van de naalden op houtige takken; in de zomer verhuizen ze naar dikkere takken en de wortels. Gewoonlijk bezocht door mieren.
waardplanten
Pinaceae, monofaag
Picea abies, glauca, obovata, orientalis, pungens, sitchensis.
synoniemen
Cinara, Cinaropsis, viridescens (Cholodkovksy, 1896); Cinara stroyani Pašek, 1954; Cinaropsis cistata Börner 1952 nec Buckton.
literatuur
Albrecht (2017a), Barbagallo, Binazzi, Pennacchio & Pollini (2011a), Barbagallo & Pollini (2014a) , Blackman & Eastop, Börner & Franz (1956a), Danielsson (1974a), Heie (1995a), Lampel & Burgener (1966a), Lampel & Meier (2003a), Nieto Nafría, Mier Durante, Binazzi & Pérez Hidalgo (2002a), Osiadacz & Wojciechowski (2008a), Tambs-Lyche & Heie (1984a), Wojciechowski, Depa, Halgoš ao (2016a).