Trioza chrysanthemi Löw, 1878
op ? Coleostephus, Leucanthemum

Leucanthemum vulgare, Frankrijk, dép. Vaucluse, Malaucène @ Bart Uitterhaegen

larve in zijn putje
gal
bladschijf met kleine putjes aan de onderzijde, en corresponderende bultjes aan de bovenzijde. In elke holte één platte larve omgeven door een “stralenkrans” van wasdraden.
waardplanten
Asteraceae, ? monofaag
? Chrysanthemum indicum; ? Dendranthema; Leucanthemum coronopifolium, rotundifolium, vulgare.
Buhr noemt daarnaast met een vraagteken Coleostephus myconis; dit wordt niet herhaald door Burckhardt.
literatuur
Béguinot (2012a), Blanes-Dalmau, Caballero-López & Pujade-Villar (2017a), Buhr (1964b), Burckhardt (1983a, 2002a), Conci & Tamanini (1991a), Dauphin & Aniotsbehere (1997a), Hellrigl (2004a), Houard (1909a), Jerinić-Prodanović (2010a), Malenovský, Kment & Sychra (2014a), Malenkovský & Lauterer (1997a, 2012a), Ossiannilsson (1992a), Seljak (2006a, 2020a), Tomasi (2012a).