Titanio normalis (Hübner, 1796)
mijn
Aanvankelijk maakt de larve een paar kleine, voldiepe, onregelmatige blaasmijntjes. Oudere larven in een met aarde-deeltjes bedekte spinselbuis die van de grond naar een blad loopt. Overdag houden ze zich vlak bij de grond op in de buis, ’s avonds mineren ze het blad vanuit de buis. In de loop van zijn leven worden door de larve zo verscheidene bladeren uitgemijnd. Verpopping buiten het blad.
waardplanten
Convolvulaceae, monofaag
Convolvulus arvensis, cantabrica .
fenologie
Larven in september.
BENELUX
Niet bekend uit de Benelux-landen (Fauna Europaea, 2009).
verspreiding binnen Europa
Zuid-Europa, noordelijk tot Tsjechië; daarenboven geheel Rusland (Fauna Europaea, 2009).
pop
Zie Patočka, Patočka & Turčáni.
literatuur
Fazekas (2015b), Fiumi (2018a), Hering (1957a), Patočka (2001c), Patočka & Turčáni (2005a), Szőcs (1977a).