Plantparasieten van Europa

bladmineerders, gallen en schimmels

Cacoecimorpha pronubana

Cacoecimorpha pronubana (Hübner, 1799)

anjerbladroller

op kruiden

Cacoecimorpha pronubana

Hoofddorp, 18.vii.2016 © Laurens van der Linde

mijn

Gewoonlijk is de “anjermot” geen mineerder, maar bij planten met een dikke cuticula wordt het eerste larvestadium wel tot mineren gedwongen. Het resultaat dan is een voldiepe gangmijn van enkele cm lang met onregelmatig uitgevreten randen; de frass wordt volledig naar buiten gewerkt. Gewoonlijk leven de larven leven vrij tussen samengesponnen jonge bladeren.

waardplanten

Zeer polyfaag

Arbutus; Armeria pungens; Artemisia verlotiorum; Asphodelus; Bassia scoparia; Bupleurum fruticosum; Cercis siliquastrum; Cistus calycinus; Citrus; Daphne gnidium; Dianthus; Dorycnium rectum; Erigeron canadensis; Euonymus japonicus; Euphorbia amygdaloides; Fragaria; Fuchsia; Hedera helix; Helichrysum italicum subsp. picardii; Hippophae rhamnoides; Hylotelephium spectabile; Hypericum; Juniperus squamata; Laurus nobilis; Lavandula stoechas; Ligustrum; Lycopersicon esculentum; Malus dumestica; Melilotus; Mentha suaveolens; Myrtus; Nepeta; Pelargonium; Picea glauca; Pyrus bourgaeana; Retama monosperma; Rhamnus lycioides; Robinia; Rosa; Rosmarinus; Rubus; Salix; Sixalix atropurpurea; Skimmia japonica; Tamarix; Thuja occidentalis;Viburnum tinus; Vitis vinifera.

Anjer is niet alleen de voornaamste waardplant, maar ook een van de planten waar de soort soms minerend optreedt.

fenologie

Larven in juni en augustus-september (Hering, 1957a); in zuidelijke streken en kassen zijn er meer generaties.

BENELUX

BE waargenomen (greenhouses, 2010).

NE waargenomen (Kuchlein & de Vos, 1999a; Microlepidoptera.nl, 2010).

LUX waargenomen (Fauna Europaea, 2010).

verspreiding binnen Europa

Van Nederland tot Iberië de Middellandse Zee-eilanden, en van Ierland tot Roemenië (Fauna Europaea, 2010).

larve

Lichaam bruinig tot donker groengrijs met lichtere pinacula. Kop licht tot donker bruin, prothoracale plaat geelgroen met zwarte vlekken. Lichaam bij sterke vergroting bedekt met talloze microscopische bruine doorntjes (Swatschek, 1958a; Bradley ea, 1973a).

pop

Zie Patočka & Turčáni (2005a).

opmerkingen

Treedt ook in kassen op, en is vooral dan niet zelden plaagvormend.

literatuur

Bradley, Tremewan & Smith (1973a), Buchner (2004a), Corley (2005a), Corley, Marabuto, Maravalhas ao (2011a), Deutsch (2012a), Fazekas (2019b), Hancock & Bland (2015b), Hering (1957a), Huertas Dionsio (2007a), Huertas Dionisio, Vázquez García & Sánchez Gullón (2013a), Kuchlein & Donner (1993a), Kuchlein & de Vos (1999a), Lepiforum (2019), Meijerman & Ulenberg (2000a), Nunes (2021a), Patočka & Turčáni (2005a), De Prins (1998a), Requena i Miret (1998a), Robbins (1991a), Rösch & Schmitz (2014a), Simoglou, Avtzis, Baixeras, ao (2021a), Stigter (1995a), Swatschek (1958a), Vegliante & Zilli (2007a).

Laatste bewerking 4.ix.2023