Acalyptris platani (Müller-Rutz, 1934)

Platanus acerifolia, France, Pyrénées-Orientales; uit van Nieukerken (2007a)

Platanus acerifolia, Portugal, Coimbra, botanische tuin © Paul van Wielink

zelfde mijn in doorzicht
mijn
Ei aan de bladonderzijde, meestal nabij een nerf. Vandaar begint een lange kronkelende voldiepe gangmijn. Frasslijn vers groenig, later bruin, heel variabel van breedte; frass deels in boogjes. Verpopping buiten de mijn; boogsnede in de bovenepidermis (van Nieukerken, 2007a).
waardplanten
Platanaceae, monofaag
Platanus acerifolia, orientalis.
fenologie
Larven in juni-juli en october-november (Johansson ea, 1990a).
BENELUX
Niet bekend uit de Benelux-landen (Fauna Europaea, 2008); een vermelding door Kuchlein & Kuchlein-Nijsten (2002b) werd spoedig daarna herroepen (Kuchlein & Kuchlein-Nijsten, 2003a).
verspreiding binnen Europa
Zuid-Europa, van Frankijk en het Iberisch Schiereiland tot Griekenland en Rhodos (Fauna Europaea, 2008);de Krim (Stonis & Remeikis). In Frankrijk noordelijk tot Parijs (van Nieukerken, A & Z Laštuvka, 2006a).
larve
Geel, kop bruin.
synoniemen
Niepeltia, Trifurcula platani.
literatuur
Corley, Rosete, Gonçalves ao (2016a), Johansson ao (1990a), Klimesch (1940a, 1950c, 1978b), Klimesch & Skala (1936b), Kollár & Hrubík (2009a), Kuchlein & Kuchlein-Nijsten (2002b, 2003a), A & Z Laštuvka (1997a, 2005a), Lhomme (1934c), Navickaitė, Diškus & Stonis (2014), van Nieukerken (2007a), van Nieukerken, A & Z Laštuvka (2004a, 2006a), Stonis & Remeikis (2011a).