Frangula alnus, België, prov. Limburg, Kwaadmechelen © Carina Van Steenwinkel: bovenzijde van een aangetast blad

onderzijde van een aangetast blad

detail

cleistothecium

uiteinde van een aanhangsel

gal

mycelium beiderzijdig, dun, wittig. Appressoria gelobd. Conidia solitair, zonder fibrosine-lichaampjes, elliptisch. Basale cel van de conidiofoor meestal recht. Cleistothecia met 3-7 asci, die 3-6 sporen bevatten. Aanhangsels 4-12, equatorial, 3-7 x de diameter; ze zijn slap, (vrijwel) geheel hyalien en en heen 0-3 septen; aan de top zijn ze 2-4 x snel opeen gegaffeld.

waardplanten

Rhamnaceae, oligofaag

Frangula alnus; Rhamnus caroliniana.

synoniemen

Microsphaera divaricata (Wallroth) Léveillé, 1851.

literatuur

Braun (1995a), Braun & Cook (2012a), Bresinsky (2016a), Doppelbaur & Doppelbaur (1973a), Jage, Scholler & Klenke (2010a), Klenke & Scholler (2015a), Kozłowska, Mułenko & Heluta (2015a), Kruse (2019a), Leysen (2017a), Mieslerová, Sedlářová, Michutová, ao (2020b), Ruszkiewicz-Michalska (2006a), Ruszkiewicz-Michalska & Michalski (2005a), Scholler & Schubert (1993a).