Puccinia albigensis Mayor, 1957
op Avena
gal
Geen waardwisseling (bekend), alleen uredinia en telia. Uredinia geelbruin, lang door de epidermis bedekt, met veel hyaliene, buigzame, tot 60 µm lange paraphysen; sporen 14-18 x 21-28 µm, met 2-3 equatoriale kiemporen, die niet door een papil bedekt zijn. Telia zwart, op de bladscheden, lang bedekt door de epidermis; sporen 2-cellig, kegelvormig, 14-21 x 33-47; steel geel tot bruin, afvallend, tot 35 µm.
waardplanten
Poaceae, nauw monofaag
Avena fatua.
synoniemen
vaak beschouwd als conspecifiek met P. graminis.
literatuur
Brandenburger (1985a), Gäumann (1959a), Klenke & Scholler (2015a).
15/12/2016