Puccinia arrhenatheri (Klebahn) Eriksson, 1898
op Berberis

Berberis vulgaris, Zwitserland, Wallis, Veysonnaz © Arnold Grosscurt: heksenbezems
Berberis hispanica, uit González Fragoso (1924a): dorsnede door een spermogonium, met ver uitstekende paraphysen
gal
spermognia op het gehele bovenzijde van de eerste bladeren. Dit eerste gebladerte is aan de onderzijde ook geheel met aecia bedekt; later zijn de aecia minder dicht gezaaid en staan ze in verspreide groepen. Aecia bekervormig, soms bijna cylindrisch.
De infectie is systemisch en het mycelium overwintert in de takken. Door de vorming van veel rechtopstaande uitlopers ontstaan in de loop van de tijd opvallende heksenbezems.
De spermatia verspreiden een sterke zoete geur, die een sterke aantrekkingskracht heeft op insecten. Experimenteel is aangetoond dat deze insecten bijdragen aan de kruis-“bestuiving” en daarmee aan de vorming van aecia (Naef ea).
spermogonia, aecia
Berberidaceae, monofaag
Berberis aetnensis, cretica, heteropoda, hispanica, integerrima, oblonga, sibirica, thunbergii, vulgaris.
op Apera, Arrhenatherum

Arrhenatherum elatius, uit González Fragoso (1924a): twee teliosporen, een urediniosporen en een paraphyse
gal
Uredinia nog geen halve mm, poederig, roestbruin, overwegend op de bovenzijde van het blad; op de onderzijde van het veroorzaken ze gele vlekken. Urediniosporen met ca 10 poren. Tussen de sporen staan paraphysen met een duidelijke kop. Telia worden zelden gevormd; ze zijn zwart, onderzijdig, bedekt door de epidermis, door rijtjes bruine paraphysen gecompartimenteerd. Teliosporen 2-cellig, omgekeerd kegelvormig, niet afvallend.
uredinia, telia
Poaceae, oligofaag
Apera spica-venti; Arrhenatherum elatius & subsp. bulbosum.
synoniemen
Puccinia brachypodii var. arrhenatheri (Klebahn) Cummins & Greene 1966; Aecidium graveolens Shuttleworth, 1877; Aecidium magellanicum Berkeley, 1847; Puccinia magelhaenica Peyronel, 1894.
Zowel Termorshuizen & Swertz als de Index Fungorum (2016) beschouwen deze soort als conspecifiek met P. brachypodii.
literatuur
Blumer (1946a), Brandenburger (1985a), Buhr (1964b), Dauphin & Aniotsbehere (1997a), Gäumann (1958a), Gjaerum (1986a, 1987a), Gjaerum & Dennis (1976a), Gönczö & Révay (1981a), González Fragoso (1924a), Jage, Klenke, Kruse ao (2016a), Jage, Kruse, Kummer ao (2013a), Klenke & Scholler (2015a), Kruse (2019a), Losa España (1942a), Marková & Urban (1988a), Naef, Roy, Kaiser & Honegger (2002a), Poelt & Zwetko (1997a), Saba & Khalid (2013a), Schmid-Heckel (1985a), Scholler, Reinhard & Schubert (1996a), Scholler & Schubert (1993a), Termorshuizen & Swertz (2011a), Vanderweyen & Fraiture (2011a), Woods, Stringer, Evans & Chater (2015a).