Puccinia fragosoana Beltrán, 1921
op Imperata
gal
geen waardwisseling, uredinia en telia. Uredinia beiderzijdig, donkerbruin, op gele vlekken vaak in tengterijen. Urediniosporen 16-27 x 24-45 µm, wrattig, met 4-5 kiemporen; wand apicaal tot 8 µm verdikt. Veel paraphysen, tot 60 µm lang met een duidelijk kop met een diameter tot 20 µm; de paraphysen hebben een kleurloze basis maar de kop is gelig tot bruin. Telia bruinzwart, beiderzijdig, op gele vlekken. Teliosporen 2-cellig, ovaal, 14-22 x 24-37 µm, steel zijdelings aangehecht, dik, hyalien, tot 48 µm.
uredinia, telia
Poaceae, monofaag
Imperata cylindrica.
literatuur
Baka, Alwadie & Mostafa (2004a), Baka & Rabei (2013a), Brandenburger (1985a: 844), Gäumann (1959a), González Fragoso (1924a), Savchenko, Heluta, Wasser & Nevo (2014d), Savchenko, Wasser, Heluta & Nevo (2019a).