Puccinia thlaspeos Ficinus & Schubert, 1823
boerenkersroest
op Brassicaceae
Noccaea caerulescens, België, prov. Luik, Plombières, Haldes calaminaires de Plombières, 1.v.2019 © Carina Van Steenwinkel
aangetaste planten zijn bleek van kleur en komen niet tot bloei.
telia aan de onderzijde van de bladeren
detail
teliosporen
de sporen kiemen vrijwel onmiddellijk en vormen een basidium
met de loupe is dit vroege kiemen al zichtbaar doordat de telia een grijze tint krijgen
Thlaspi stenopterum, uit Unamuno (1941a): geïnfecteerde plant, onderzijde van een blad met telia, teliosporen (enkele eencellig, andere kiemend)
gal
Geen waardwisseling; uitsluitend telia. De schimmel is systemisch: aangetaste planten zien er duidelijk ziekelijk uit. De aanvankelijk bruine, later grijze, kussenvormige, telia overdekken de gehele onderkant van de bladen. Sporen 12-21 x 35-55 µm, meestel tweecellig, breed-elliptisch, glad, op een korte, blijvende steel, spoedig kiemend.
waardplanten
Brasicaceae, oligofaag
Arabidopsis halleri, petraea, thaliana; Arabis alpina, arenicola, ciliata, collina, faub, hirsuta, nordmanniana, petraea, planisiliqua subsp. nemorensis, sagittata; Draba cinerea; Erysimum cheiranthoides, hieracifolium; Isatis tinctoria; Noccaea brachypetala, caerulescens, dacica, kovatsii, montana, perfoliata, praecox, stenoptera; Sisymbrium; Thlaspi alliaceum, arvense, “bulbosum”.
synoniemen
Puccinia holboellii (Hornemann) Rostrup, 1888.
literatuur
Brandenburger (1985a), Buhr (1964a, 1965a), Coulianos & Karlsson (2014a), Dauphin & Aniotsbehere (1997a), Dietrich (2013a), Gäumann (1959a), González Fragoso (1924a), Klenke & Scholler (2015a), Kropp, Hansen, Wolf ao (1997a), Poelt & Zwetko (1997a), Roskam (2009a), Termorshuizen & Swertz (2011a), Tomasi (2014a), Unamuno (1941a).