Anthracoidea fischeri (Karsten) Kukkonen, 1963
op Carex
gal
de inhoud van de urntjes, die uiteindelijk openbarsten, is vervormd tot een hard zwart bolvormig lichaampje, 1-2 mm groot, bestaande uit verkleefde sporen; aanvankelijk is het bekleed met een wittig vliesje, dat later afbladdert. De sporen zijn 13-22 µm lang, hun wand is gelijkmatig van dikte.
waardplanten
Cyperaceae, monofaag
Carex brunnescens, canescens, chordorrhiza, diandra, disticha, heleonastes, lapponica, mackenziei, tenuiflora, vulpina.
Vooral canescens en disticha.
synoniemen
Cintractia fischeri (Karsten) Liro, 1935.
literatuur
Buhr (1964b), Klenke & Scholler (2015a), Prillinger, Wuczkowski, Lopandic ao (2009a), Savchenko & Heluta (2012a), Vánky (19994a).