Coleosporium aposeridis Sydow & Sydow, 1915
op Pinus?
gal
niet bekend
spermogonia, aecia
niet bekend; vermoedelijk:
op Aposeris
gal
de teliosporen zijn als basalt-zuiltjes gerangschikt, aan de bovenzijde bedekt door een was-achtige laag. Aanvankelijk zijn ze eencellig, maar uiteindelijk treedt een reductiedeling op en vormen ze een keten van vier cellen. Elk kiemt onder vorming van een steeltje aan de top waarvan een spore wordt gevormd (Mims & Richardson).
De uredinia en telia van Coleosporium-soorten zijn morfologisch niet val elkaar te onderscheiden. Voor foto’s zie onder meer C. melampyri en C. tussilaginis.
uredinia, telia
Asteraceae, monofaag
Aposeris foetida.
synoniemen
Coleosporium tussilaginis f. sp. sonchi Boerema & Verhoeven, 1972.
literatuur
Brandenburger (1985a: 674), Gäumann (1959a), González-Fragoso (1925a) , Helfer (2013), Klenke & Scholler (2015a), Mims & Richardson (2005a), Poelt & Zwetko (1997a).