Caeoma epilobii-alpini Jørstad, 1922
op Epilobium
gal
Spermogonia goudgeel, bovenzijdig, verspreid, 0.2 mm. Aecia onderzijdig in kringen op 1-2 mm grote heldergele bladvlekken; ze zijn vlak, 2-3 mm groot, zonder duidelijke rand; de kleur is niet vermeld, maar waarschijnlijk geel tot oranje. De sporen zijn rond, 15-25 µm ø, dicht fijn-wrattig.
waardplanten
Asteraceae, nauw monofaag
Epilobium alsinifolium, hornemannii, lactiflorum, nutans, palustre (= alpinum).
opmerkingen
soort uit Scandinavië. het verdere deel van de levensgeschiedenis van de soort is niet bekend. Gäumann vermoedt dat het een Melampsora betreft die alterneert met Salix. Zie hier over het geslacht Caeoma.
literatuur
Brandenburger (1985a: 412), Gäumann (1959a), Klenke & Scholler (2015a).